Sneeuwpret

Hoera, op de valreep genieten we nog van een echte winter met veel sneeuwpret. Hierboven vind u een sneeuwkaart gemaakt met MindExpress. Ga er komend weekend lekker op uit in de sneeuw, deze ervaring is zo geweldig voor de kinderen, alleen al het voelen van deze kou, brrr! Als u op de kaart klikt wordt hij vergroot weergegeven.

Sinterklaas

Nog een paar weken voordat de goede Sint weer aankomt, maar hierbij alvast een aantal tips. Net zoals het thema's Boerderij en Pasen maak ik onderscheid in drie taal/woordenschat. Overleg met de logopedist op welk niveau jouw kind zit en kies een aantal activiteiten die je samen kunt doen.
1. binnen, buiten, dag, dankjewel, deur, die, eten, hallo, hand, huis, jas, kijken, ja, nee, kind, komen, open, schoen, stil, stoel, uitdoen, zitten.
2. blaadje, blij, boek, broek, gauw, geel, geven, gooien, in, kleuren, koud, lekker, leuk, lezen, liedje, boom, mandarijn, muts, openmaken, rijden, rood, school, spelen, ssst, tekenen, vijf, voorlezen, warm, weg, wit, zingen, zwaaien, zwart.
3. aantrekken, avond, baard, bang, bedenken, bijna, boot, brengen, brief, cadeau, chocolade, dak, donker, eindelijk, aan, feest, fijn, gek, gezellig, goud, graag, grap, hij, hoed, houden van,kachel, kleren, kloppen, krijgen, lachen, land, langs, lekkers, letter, lief, maan, muziek, nacht, opeten, opzetten (muts), oud, paard, pet, schrijven, snoep, speelgoed, stout, tekening, televisie, toeter, vandaag, varen, vieren, vinden, volgend, wanneer, willen, wind, waaien, wortel, zak, zetten, zoet.
Overige woorden: sinterklaas, zwarte piet, schoorsteen, staf, december

Voorbeelden van activiteiten zijn:
- Uitstapje: het leukste uitstapje is de intocht natuurlijk. Deze vindt plaats aan het begin van het feest en is handig om aan te refereren. Maak foto's of film de intocht zodat je later met je kind hierover kunt praten.

- Samen een boekje over Sinterklaas lezen. Laat woordjes benoemen die passen bij de leeftijd en ontwikkeling van uw kind.



- Verkleden: door te verkleden als Sint en Piet kun je het verhaal naspelen en allerlei taal aan bod laten komen.

- Pepernoten bakken. Op internet staan vele pepernootrecepten. Het draaien van pepernootballetjes is goed voor de motoriek.


- Liedjes zingen. Door het zingen van liedjes oefen je het sequentieel geheugen. Je kunt samen een liedje zingen. Andere voorbeelden zijn: woordjes weglaten en deze laten aanvullen, een gedeeltje van het liedje laten zingen door een praatknop, het hele liedje in de praatknop inzingen.

- Knutselen: genoeg knutsels te vinden op internet deze tijd. Leuk is om kinderen zelf hun lijstje te laten maken door plaatjes uit de folder te knippen of scheuren. Als de schoen wordt gezet 's avonds kun je ook nog samen het lijstje even hardop 'voorlezen'. Spreek hiervoor de praatknop of communicatiehulpmiddel in.


- Filmpjes kijken: straks komt elke avond het Sintjournaal. Je kunt je kind ook laten vragen om hiernaar te kijken door de praatknop in te spreken met een vraag. Op http://sandrakoster.yurls.net vind je betrouwbare youtube filmpjes waar je kind even zelf naar kan kijken.

Pompoen maken

Met de software CommunicateInPrint is dit script voor pompoen maken ontworpen. In de software vind je nog meer voorbeelden voor scripts zoals theezetten.

weer naar school

De vakantie is voorbij en de scholen zijn weer begonnen. Tijd voor een nieuwe kaart: welkom op school! Deze kaart is gemaakt met CommunicateInPrint.

Thema Boerderij

Na het thema Pasen komt nu het thema boerderij aan bod. Voor ouders of logopedisten die werken met ondersteunde communicatie staan hier leuke tips voor het leren gebruiken van een hulpmiddel.
Hoe pak je dit nu aan? Kies eerst zelf een thema, gebruik dit thema of het thema wat op school behandeld wordt. Verzamel rond dit thema speelgoed, boeken, plaatjes en bedenk een activiteit waardoor je kind het thema ook echt ervaart. Richt een hoek van de kamer in rond dit thema. Zorg voor voldoende woordenschat in het hulpmiddel. Praat samen over het thema, laat je kind ervaringen opdoen en ga samen lekker spelen. Het kost niet veel tijd, bedenk dat niets moet, alles mag. Elke leerervaring is meegenomen. Hieronder zie je een voorbeeld zoals ik werk met thema’s. De woordenlijst is opgesplitst in 3 nivo’s van eenvoudig tot moeilijker. Bedenk op welk niveau jouw kind zit en zorg ervoor dat de woorden op dit niveau regelmatig voorkomen tijdens jullie spel.

Woordenlijst:
1.binnen, buiten, daar, dag, deur, dicht, doen, drinken, eten, gaan, goed zo, ja, kijken, klaar, komen, lopen, mama, mee, nee, open, papa, plassen, poepen, staan, stil.
2.appel, bloem, boek, boom, brood, 1-2-3-4-5, blauw, geel, geven, gras, groen, grond, groot, haar, hebben, heten, hij, hond, hoofd, ik, in, kaas, kar, klein, kleuren, kus, lekker, leuk, liedje, melk, mond, mooi, nat, neus, oog, oor, op, poes, rijden, rood, schep, schoppen, ssst, vies, voet, vogel, water, wit, zand, zien, zwart
3. aaien, aankomen, aardappel, bak, beest, bek, bewegen, big, bijten, blaadje, blaffen, blazen, boer, boerderij, boodschappen, boter, boterham, broodje, bruin, dezelfde, dier, dik, eend, ei, emmer, eng, fles, geit, geluid, gieter, grijs, groeien, haan, haas, happen, hek, heleboel, hok, hup, hout, kat, kikker, kip, kleur, klimmen, koe, konijn, kop, kopen, kuiken, kukeleku, lam, lente, liggen, miauw, moe, mol, muis, nest, paard, paars, piepen, plons, poep, poot, regen, schaap, sla, staart, tomaat, tuin, varken, vlees, vlieg, wagen, wei, winkel, wolk, worst, wortel, yoghurt, zon.

Uitstapje:ga eens naar de kinderboerderij, naar een boerderijwinkel, naar een molen of naar een zorgboerderij. Veel boerderijen zijn ook in het weekend open.


Boekje lezen: in de bibliotheek zijn veel boeken te vinden over de boerderij. Leuk zijn boeken met flapjes, geluiden en voelmaterialen. Een heel leuk boek is ‘Over een kleine mol’ waarin de boerderijdieren voorkomen vergezeld van verschillende ‘poepjes’(leuk om in het hulpmiddel in te spreken!).


Met de boerderij spelen: bij de Ikea zijn mooie boerderijen en dieren te koop. Zet de boerderij op kindhoogte en speel samen met de diertjes, boer, tractor etcetera.


Knutselen: op internet zijn leuke knutsels te downloaden. Hieronder vind je een boerderij-kijkdoos.


Geluidenspel: een grappig spel over de boerderij is het spel ‘koetje boe’ waarbij je dierengeluiden hoort en zelf vreemde dieren kunt maken. Hieronder vind je een link naar een site met dierengeluiden. Laat je kind ook raden welk geluid het is.
http://www.hetakkertje.nl/peuterhoekje/spelletjes/boerderijgeluiden/boerderijgeluiden.html


Filmpjes kijken op computer: Op mijn yurls pagina (http://sandrakoster.yurls.net) staan op dit moment een aantal boerderij filmpjes en liedjes. Gewoon voor de fun om samen naar te kijken Je vind hier ook het digitaal verhaal ‘Over een kleine mol’.


Liedje: neem een liedje op in het communicatiehulpmiddel, zoals:
Een koetje en een kalfje die stonden in de wei
Toen kwam er een heel dik varkentje voorbij
Die zei die zei geef dit kalfje maar aan mij
Nee zei de koe boe boe boe
Nee zie de koe boe boe boe

Woordjes rond Pasen

Voor kinderen een leuke tijd, Pasen. Lekker naar buiten, eieren verven en zoeken. Als ouders kun je je kind woorden aanleren die met dit thema te maken hebben.
Ik heb hieronder het thema Pasen uitgewerkt: welke woorden zou je kunnen aanleren en tijdens welke activiteiten.

Eerst de woorden. Deze woorden kun je tijdens diverse activiteiten aanbieden en je kind uitlokken om ze zelf ook te gebruiken met een communicatiehulpmiddel.
Afhankelijk van de leeftijd en het niveau van het kind heb ik de woorden opgedeeld in drie stappen van eenvoudig tot wat moeilijker.
1.ja, ik, jij, binnen, buiten, daar, dankje, eten, goed zo, hier, kijken, klaar, lopen, mee, nee, niet, mama, papa
2.kapot, blij, mooi, helpen, lekker, lezen, voorlezen, boek, kleuren, blauw, geel, groen, rood, liedje, zingen, waar, één, twee, drie, bloem, potlood
3.mand, fijn, heerlijk, lief, houden van, kwijt, meedoen, chocolade, hapje, snoepje, plek, moeilijk, vinden, computer, stift, streep, verf, verven, bruin, goud, paars, roze, piepen, ergens, verstoppen, voorzichtig, zoeken, feest, geen, half, heleboel, hoeveel, tellen, rond(jes), foto, tuin, boerderij, ei, haan, kip, konijn, kuiken, kukeleku, lam, schaap, lente, zon, boer, film
Extra: Pasen, paashaas, paasei

Voorbeelden van activiteiten zijn:
- Uitstapje naar bijvoorbeeld een boerderij, kuikentjes aaien, lammetjes aaien.Van het uitstapje kun je foto's maken en nog eens samen terugkijken.
Woordjes: foto, kuiken, lief, kip, boerderij, kijken, paashaas, paasei, ei, blij, fijn, lief, piepen, lam.

- Samen een boekje over pasen lezen.
Woordjes: pasen, feest, boek, lente, zon etc.

- Spelen met de boerderij.
Woordjes: boer, boerderij, kip, haan, konijn, kuiken, kukeleku, lam, schaap

- Eieren verven.
Woordjes: ei, verven, stift, streep, rondje, kleuren, mooi, klaar, kapot, helpen, blauw, geel, groen, rood, verf, bruin, goud, paars, roze, voorzichtig.

- Eitjes verstoppen binnen of buiten
Woordjes: paashaas, mand, ei, zoeken, kijken, verstoppen, vinden, daar, hier, mee, mama, papa, binnen, buiten, ik, jij, ja, nee, lopen, niet, helpen, waar, kwijt, meedoen, plek, moeilijk, ergens, heleboel, hoeveel, tellen, tuin.

- Eitjes eten: lekker chocolade of ander snoep laten kiezen, ook de kleur kun je benoemen.
Woordjes: dankje, eten, ei, lekker, heerlijk, houden van, chocolade, hapje, snoepje, blauw, geel, groen, rood, bruin, goud, paars, roze.

- Paasfilmpjes kijken op de computer. Op youtube staan veel leuke filmpjes. Op mijn yurls site (http://www.sandrakoster.yurls.net/nl/page) heb ik een paar filmpjes bij elkaar gezet.
Woordjes: computer, film, paashaas, liedje

- Kleurplaat: altijd leuk om de kleuren te oefenen.
Woordjes: stift, potlood, kleuren, blauw, geel, groen, rood, bruin, goud, paars, roze, bloem

- Rijmpje opzeggen. Een rijmpje kun je laten aanvullen, zoals 'eén ei is geen...ei, twee ei is een half...ei, en drie ei is een paas....ei'.

Nederlandse Gebarentaal

Sinds kort volg ik een opfriscursus NGT en ben ik elke week bezig met het oefenen van de gebaren, die regelmatig anders zijn dan zoals ik ze 10 jaar geleden heb geleerd. Inmiddels zijn de gebaren gestandaardiseerd en zijn er van elk gebaar minder regionale verschillen.
De grammatica is totaal anders dan de Nederlandse taal en het is erg wennen om de juiste zinsvolgorde te hanteren. Bij elke les corrigeert de docent me als ik weer eens de woorden omdraai. Als wij in het Nederlands bijvoorbeeld zeggen: ik drink een kopje koffie. Dan gebaar je dat als: ik koffie drinken. Of wanneer je in het Nederlands zegt: ik ben dinsdag naar de film geweest. Dan gebaar je dat als: dinsdag ik film geweest gaan ik. Het is erg leerzaam om deze ervaring op te doen en te voelen hoe moeilijk het is om een totaal andere taal met nieuwe taalregels te leren. Hoe lastig moet het wel niet zijn voor mijn cliënten om Nederlands te leren terwijl ze communiceren in symbolen en begrippen. Het is als het leren van een andere taal.
Ik heb er bewondering voor!